Blokfluitfamilie
Blokfluiten zijn er in veel verschillende soorten en maten.
De lengte kan van 10 cm tot wel 320 cm uiteenlopen!
Hoe groter de blokfluit, hoe lager de klank.
De laagste toon van de kleine sopranino is een F.
Die van de sopraan is een C. De alt heeft een F als laagste
en de tenor een C.
Zo gaat het steeds om en om.
Bij Blokfluit en meer kun je les krijgen op al deze verschillende blokfluiten. De meeste studenten beginnen op de sopraanblokfluit, om later hun horizon te verbreden en ook de altblokfluit te gaan bespelen. Gevorderde blokfluitisten kunnen spelen op blokfluiten van verschillende grootte: sopraan-, alt-, tenor- en basblokfluit. En eventueel ook op de grootbas.
Grootste blokfluit
De "grootste blokfluit ter wereld" is een sub-contrabas-blokfluit. Het is gemaakt door de Nederlandse blokfluitbouwster Adriana Breukink.
Zij heeft er in totaal drie gemaakt;
er zijn er twee in Nederland en één in België in gebruik.
Geschiedenis van de blokfluit
De blokfluit is al een heel oud instrument. Heel vroeger werd het vooral gespeeld door herders, maar na de Middeleeuwen werd het populair bij velen. Blokfluiten uit die tijd zagen er wel heel anders uit: veel rechter en uit één stuk.
In de tijd van de Barok (17e, 18e eeuw) maakte bouwers er meer en meer mooie vormen in, zoals sierranden en rondingen bij het bovenstuk en de voet. Ook werden de gaten wat kleiner, en de klank veranderde. Wat hetzelfde bleef was het labium (‘ruitje’) en het blok dat zich aan de achterkant van het mondstuk bevindt.
Op het plaatje zie je een hele oude blokfluit, gevonden in een oude waterput in Dordrecht. De vorm van het instrument is nog goed te zien, maar vocht en aarde hebben het houten instrument krom gemaakt. Deze middeleeuwse blokfluit is te bewonderen in het Dordrechts Museum.
Een dag zonder muziek, is een dag niet geleefd!